Samaël, ook wel Sammael of Samil genoemd (Hebreeuws: סַמָּאֵל, wat "gift van God" betekent, en in het gnosticisme "blindheid van God"), is een prominente aartsengel binnen het jodendom. Hij wordt gezien als de heerser van de demonen, een aanklager (satan), verleider en vernietiger, en wordt zowel als goed als kwaad beschouwd. Een van de functies van Samael binnen het joodse geloof is die van de Engel des Doods. In deze traditie wordt hij beschouwd als een gevallen engel, maar blijft hij toch een dienaar van de Heer. Als goede engel zou Samael vermoedelijk in de zevende hemel verblijven, hoewel men ook zegt dat hij de hoofdengel van de vijfde hemel is. Volgens de traditie wordt Samael beschouwd als de heerser over alle demonen, de engel van de dood, de partner van de demon Lilith en de belangrijkste tegenstander van de aartsengel Michaël en van het volk Israël. Hij wordt vaak in verband gebracht met Mars, de linkerzijde, het noorden en de dinsdag. Hij heeft een immense hoeveelheid macht, waardoor hij tot de sterkste entiteiten in de schepping behoort. Zijn kracht wordt enkel geëvenaard door zijn tweelingbroer of de meest krachtige entiteiten van de oersoort die hem kunnen bijbenen. Ondanks zijn gelijkenis met zijn tweelingbroer, wordt Samaël beschouwd als een slimme en gevaarlijke tegenstander. In de Talmoedische teksten wordt Samaël gezien als een lid van de hemelse legers, vaak belast met duistere en destructieve taken. Een van zijn voornaamste functies in de joodse traditie is die van de belangrijkste aartsengel van de dood. Ondanks het feit dat hij de zonden van de mensheid vergoelijkt, blijft hij een dienaar van Jahwe. Samaël verblijft in de zevende hemel, waar de glorieuze troon zich bevindt, maar wordt ook aangeduid als de aanvoerder van de engelen in de vijfde hemel.