Beëlzebub, afkomstig van het Hebreeuws en etymologisch gerelateerd aan בַּעַל זְבוּב (Ba'al Zebub), betekent letterlijk "heer van de vliegen". Deze term wordt in de Bijbel gebruikt als een spottende benaming voor Beëlzebul, wat "heer van het huis" betekent. Wanneer we het hebben over de god van Ekron, wordt vaak verondersteld dat zebub oorspronkelijk een toevoeging was aan Baäl en een vervanging voor een oorspronkelijk zbl. Deze verbinding is sinds de ontdekkingen in Ugarit gekoppeld aan de titel "prins", die in mythologische teksten vaak voor Baäl wordt gebruikt. Baäl-Zebub vormt in het Hebreeuws een woordspeling op Baäl-Zebul, waarbij zebul "van het huis" betekent. Met de naam Baäl-Zebub trachtten de vijanden van de Israëlieten hen op een neerbuigende manier te beledigen. Bovendien werd er lange tijd aangenomen dat er een verband bestond tussen de Filistijnse god en cultussen die zich richtten op vliegen, gezien hun reputatie als plaag die zich voeden met uitwerpselen. Dit komt ook voor in de Hellenistische wereld, met figuren zoals Zeus Apomyios of Myiagros. Deze laatste connectie wordt ondersteund door Ugaritische teksten die beschrijven hoe Baäl hielp bij het verdrijven van vliegen die ziekte veroorzaakten. Francesco Saracino stelt dat deze aanwijzingen niet definitief zijn als bewijs, maar het feit dat er twee overeenkomende termen worden gekoppeld aan Baäl-Zebub door een functie ndy, die typisch is voor bepaalde godheden in de Mediterrane wereld, vormt een sterk argument voor de authenticiteit van de naam van de god van Ekron en zijn mogelijke therapeutische rol, zoals impliciet vermeld in 2 Koningen 1:1-3. In het Nieuwe Testament wordt Beëlzebub/Beëlzebul aangeduid als de "vorst der demonen", wat een alternatieve naam is voor de duivel of satan. In de evangeliën wordt Jezus door zijn tegenstanders op deze manier genoemd (Matteüs 10:25). Wanneer Jezus in een conflict verwikkeld raakte met de farizeeën, dachten zij dat Hij demonen alleen kon uitdrijven door de macht van Beëlzebub, "de vorst der demonen" (Matteüs 12:24; Marcus 3:22; Lucas 11:15). Beëlzebub behoort tot de meest krachtige demonen in de hel, slechts overtroffen door Lucifer en Satan. Zijn kracht is zodanig dat hij werd aangesteld als Lucifers tweede in bevel tijdens de hemelse oorlog. Hij wist enige tijd weerstand te bieden aan de aartsengel Gabriël voordat hij uiteindelijk werd verslagen.
